Er is nogal wat veranderd in de gezondheidzorg wat betreft de paramedische beroepen. Twintig jaar geleden was er per regio één ziekenfonds en waren er particulier verzekerde patiënten. Als oefentherapeut vulde je één formulier in voor de ziekenfondspatiënten en werden er nota’s voor de particulieren gemaakt. De administratieve last was niet zo hoog, men ging uit van goed vertrouwen. Er was ruim tijd voor de patiënten.De marktwerking in de zorg deed zijn intrede. Wij werden gebombardeerd tot ondernemers. Van patiënt naar cliënt. Een grote verandering. En controle, er werd niet langer uitgegaan van het goede vertrouwen, het voelde als wantrouwen. Er kwamen vele zorgverzekeraars op de markt waarmee ieder jaar opnieuw contracten moesten worden afgesloten om de geleverde zorg aan de patiënten vergoed te krijgen. Een tijdrovende klus.
Meten is weten. Daarom moet tegenwoordig alles evidence-based. Er moeten veel vragenlijsten worden afgenomen, en er worden veel gegevens per behandeling in de computer ingevoerd, tijd die afgaat van het contact met de patiënt. En alle rompslomp, buiten de behandeltijd van de patiënt, niet vakinhoudelijk en verplicht door de zorgverzekeraars, is enorm geworden. Elke verhouding is zoek, terwijl ik Cesartherapeut ben geworden om bezig te zijn met de patiënt zelf en zo bij te dragen aan het welzijn van mensen.
Ik heb altijd gedroomd van een centrum dat werkt vanuit het hart, dat een luisterend oor heeft en waar je kunt zijn wie je bent en als zodanig wordt geaccepteerd. Mede doordat ik breed geschoold ben heb ik de kans aangegrepen om in de Broedplaats het eigen centrum mind ’n motion te beginnen, centrum voor lichamelijke en geestelijke beweging, waar contact en verbinding ontstaat. De bewegingslessen/ trainingen die worden gegeven zijn ontstaan vanuit mijn ervaringen als therapeut.